Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Dikke kinderen kunnen niet in hun eentje afvallen

redactie

Context Van de kinderen tussen de 5 en 17 jaar is ongeveer 10% te dik en dat percentage neemt toe. Vaak leidt obesitas tot psychische en fysieke gezondheidsproblemen zoals hypertensie, insulineresistentie, pesten en een verlaagd zelfvertrouwen.

Klinische vraag Wat is de meest effectieve (combinatie van) behandeling(en) voor kinderen en adolescenten met obesitas?

Conclusie auteurs Wanneer te dikke kinderen en hun ouders samen hun leefstijl veranderen, behalen ze op korte en lange termijn de beste resultaten in lichaamsgewicht vergeleken met reguliere hulp of een zelfhulpprogramma. Gedragstherapie moet de denkpatronen over voeding en beweging bij ouder en kind veranderen. Daarnaast kan medicatie (orlistat of sibutramine) bij obese adolescenten zorgen voor extra gewichtsverlies, maar het is belangrijk hierbij eventuele bijwerkingen in het oog te houden.

Beperkingen De kwaliteit van de onderzoeken wisselt sterk. In sommige onderzoeken is het aantal geïncludeerde patiënten erg klein, waardoor er relatief veel uitval is. De meeste deelnemers behoren tot de blanke middenklasse, waar gemiddeld meer interesse is voor een gezonde leefstijl. De generaliseerbaarheid naar andere populaties is dus moeilijk.

Bron Oude Luttikhuis H, Baur L, Jansen H, Shrewsbury VA, O’Malley C, Stolk RP, et al. Interventions for treating obesity in children. Cochrane Database Syst Rev 2009, Issue 1. Art. No.: CD001872. De review bevat 64 onderzoeken met in totaal 5230 deelnemers.

Commentaar

In Nederland is inmiddels 1 op de 7 kinderen tussen 2 en 6 jaar te dik. In totaal zijn er 450.000 kinderen met overgewicht, waaronder ruim 60.000 met obesitas. Het percentage dat zeer ernstig overgewicht heeft (morbide obesitas; BMI ≥ 40), stijgt de laatste jaren sterk. De huisarts ziet gemiddeld 2 kinderen met overgewicht of obesitas per week. Na de CBO-richtlijn ‘Diagnostiek en behandeling van obesitas bij volwassenen en kinderen’ verscheen ook de NHG-Standaard Obesitas.
De groep geïncludeerde patiënten in deze Cochrane-review is omvangrijk, waardoor de auteurs veel verschillende interventies konden analyseren. Doordat de onderzoeken met een leefstijl- of gedragstherapeutische aanpak een minimale follow-up hebben van zes maanden, zijn er ook gegevens bekend over de middellange termijn. Dat is een sterk punt, evenals dat de auteurs alleen onderzoeken includeerden waarvan de primaire uitkomstmaat het objectief gemeten gewicht en de objectief gemeten lengte is. Zij keken niet naar waarden die patiënten zelf rapporteerden. De auteurs corrigeerden daarnaast voor sekse en leeftijd. Een zwak punt is dat bij 21 van de 54 leefstijlonderzoeken de manier van randomisatie onbekend is. Bij slechts 14 van de 54 onderzoeken werd blindering van randomisatie (allocation concealment) vermeld. Verder is het lastig om te bepalen wat nu de beste werkwijze is, doordat de auteurs veel verschillende methoden met elkaar hebben vergeleken. Ook ontbreken langetermijngegevens en valt er dus weinig te zeggen over de therapietrouw.
Deze review laat wel zien dat aanpassing van de leefstijl de beste resultaten geeft, vooral als zowel het kind als de ouders het gedrag aanpast. Medicijnen helpen daar soms bij, maar alleen bij kinderen boven de twaalf jaar.
Deze conclusies komen grotendeels overeen met de aanbevelingen van de NHG-Standaard Obesitas, die verandering van leefstijl en een individueel samengestelde voeding als primair doel van de interventie ziet. De standaard ontraadt echter het voorschrijven van medicatie bij zowel kinderen als volwassenen en gaat niet in op het betrekken van de ouders bij de therapie. De CBO-richtlijn doet dat wel en geeft de aanbeveling de ouders aan te moedigen om te fungeren als rolmodel. De terughoudendheid op het gebied van medicamenteuze behandeling is mijns inziens terecht. Die middelen geven immers veel bijwerkingen en er is weinig bekend over de effecten op lange termijn.

PEARLS bieden de lezer bruikbare wetenschap voor de werkvloer, op basis van de Cochrane Database of Systematic Reviews.

Bladnaam:
Tijdschrift voor praktijkondersteuning 2011, nummer 1

Literatuurverwijzingen: