Het NIVEL volgt jaarlijks de ontwikkelingen in de thuiszorg waarbij zorg op afstand wordt verleend. Bij videocommunicatie kan een cliënt of mantelzorger vanuit huis via een druk op de knop contact opnemen. De verpleegkundige verschijnt dan direct op het beeldscherm en kan vragen beantwoorden. Een andere vorm is telebegeleiding. Deze wordt gebruikt voor patiënten met een chronische aandoening, zoals diabetes mellitus, COPD of hartfalen, en heeft als doel om patiënten zelfstandiger met hun ziekte om te laten gaan. De patiënt vult via een soort mobiele telefoon geregeld een aantal vragen of meetwaarden in, zoals gewicht of glucose. De praktijkverpleegkundige bekijkt deze gegevens en neemt contact op wanneer uit de antwoorden blijkt dat het niet zo goed gaat.
In 2008 ontvingen, net als in 2007, duizend patiënten zorg op afstand, waarbij een kwart telebegeleiding ontving.
In dit rapport zijn de managers van de thuiszorginstellingen bevraagd, die allen een gouden toekomst voor de televisiezuster zien: als er door de vergrijzing een gebrek aan verpleegkundigen ontstaat, biedt deze manier van zorg verlenen in hun ogen veel mogelijkheden. Patiënten kunnen zo langer zelfstandig thuis blijven wonen. Het uitrollen van zorg op afstand verloopt veel trager dan eerder is verwacht door financiële problemen bij thuiszorginstellingen, tijdelijke projecten, technische belemmeringen, patiënten die ‘er niet aan toe zijn’ en door weerstand van verpleegkundigen die er in de opleiding niet aan gewend zijn. Gelukkig is het huisbezoek nog niet passé! (Gré van Gelderen)
Bladnaam:
Tijdschrift voor praktijkondersteuning 2009, nummer 5
Literatuurverwijzingen: