Kinderen die zwemmen, hebben geen verhoogde kans op astma. [Zwemmen in de kinderleeftijd verhoogt de kans op astma niet.] Britse onderzoekers volgden kinderen in een groot cohortonderzoek tien jaar lang vanaf de geboorte. Zwemmen verbeterde de longfunctie juist, vooral bij de vroege piepers. Verschillende epidemiologische onderzoeken suggereerden het afgelopen decennium dat zwemmen in zwembaden het risico op astma en andere allergische aandoeningen zou verhogen door blootstelling aan chloor en andere chemische bijproducten. De Avon Longitudinal Study of Parents and Children volgde 5700 kinderen vanaf hun geboorte. Ouders legden luchtwegklachten vast in vragenlijsten en ze gaven tevens op hoe vaak hun kind zwom. De kinderen kregen een longfunctieonderzoek op achtjarige leeftijd. Op die leeftijd zwom meer dan 50% van de kinderen tenminste eens per week. Zwemfrequentie gedurende de eerste levensjaren bleek niet geassocieerd met een verhoogd risico op enige luchtwegklacht of astma. Dit gold voor alle kinderen, maar ook voor de subgroep met een atopische constitutie. In de totale groep hadden de zwemmers betere longfuncties (FEV₁ en FVC). Opvallend was verder dat kinderen die op jonge leeftijd piepten, juist baat hadden bij zwemmen. Deze kinderen hadden op latere leeftijd minder luchtwegklachten en een betere longfunctie. De onderzoekers stellen wel dat een algemeen actievere leefstijl naast zwemmen hierin ook een effect kan hebben gehad, want de zwemmers keken bijvoorbeeld minder vaak televisie. In de vragenlijsten werd overigens niet vastgelegd of de kinderen in chloorzwembaden zwommen, maar regelmatig buiten zwemmen mag in druilerig Engeland toch als verwaarloosbaar worden beschouwd. In elk geval mogen we alle kinderen, atopisch of niet, met een gerust hart een duik in het zwembad aanbevelen. (Jochen Cals)