Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Mijn praktijkondersteuner / Mijn huisarts

redactie

De praktijkondersteuner: Monique Gilliot (41), praktijkondersteuner in Werkhoven en Odijk.
Opleiding: doktersassistente, POH.
Werk hiervoor: 20 jaar doktersassistente in huisartsenpraktijk in Zeist.
Praktijkondersteuner sinds: 2006.

“De vertrouwensband die je met je patiënten hebt, is voor mij het belangrijkste in mijn werk. Dat was ook de reden om de opleiding tot praktijkondersteuner te gaan doen. Na 15 jaar werken als doktersassistente begon er iets te knagen. Ik vond mijn werk in de huisartsenpraktijk in Zeist leuk, maar ik wilde meer. Meer zelfstandigheid, meer contact met mensen. De pilotopleiding POH was net afgerond toen ik erover hoorde. Ik dacht direct: dat ga ik doen. Het was behoorlijk pittig, naast mijn werk en mijn gezin. Maar ik heb er geen moment spijt van gehad. Ik heb er veel contacten aan overgehouden. Ook hebben we een klein netwerkje opgericht. We komen vier keer per jaar bij elkaar en kiezen elke keer een ander onderwerp om over te praten. Verder wisselen we onze ervaringen uit. In dit werk moet je je voortdurend bijscholen. Dat vind ik leuk. Ik ben altijd bezig om mijn kennis te verbreden.
Na de opleiding combineerde ik in Zeist de functies van doktersassistente en praktijkondersteuner. Uiteindelijk heb ik er twintig jaar gewerkt, met verschillende dokters. En als ik daar praktijkondersteuner had kunnen worden, was ik er gebleven. Maar er waren te weinig patiënten om er een aan te stellen. Ik solliciteerde op een vacature voor een praktijkondersteuner in Werkhoven. Ze waren daar net bezig met een sollicitatieprocedure en zaten al in de tweede ronde. Ik kreeg na mijn e-mail de volgende dag al een telefoontje van Magdaleen, kon twee dagen later al op gesprek komen en was meteen aangenomen. Dat was geweldig!
Als praktijkondersteuner speel je een heel belangrijke rol in het maken van protocollen. Toen ik begon, heb ik samen met mijn collega Jacomien het COPD-protocol opgezet. Zij was twee maanden eerder begonnen en had al het diabetesprotocol gemaakt. Hier is het insulineprotocol aan toegevoegd. Nu stellen we mensen zelf in op insuline, terwijl ze daarvoor eerst naar de internist moesten.
Wat ik sterk ervaar, is dat patiënten vertrouwen in je hebben. Dat komt voor een groot deel vanwege de tijd die je voor ze neemt. Nu ik hier ruim anderhalf jaar zit, heb ik een heel leuk contact met patiënten opgebouwd. Dat gevoel is wederzijds. De drempel is nu eenmaal lager dan in een ziekenhuis.
Ik zie zowel patiënten met diabetes en COPD als voor cardiovasculair risicomanagement. Op drie vaste momenten in de week heb ik contact met de huisartsen. In het begin bespraken we alle patiënten, nu alleen nog degenen die bijvoorbeeld moeilijk in te stellen zijn of met wie iets bijzonders aan de hand is.
De afwisseling en complexiteit vind ik prettig. En ook de manier van werken, met vervolgafspraken. Voor mensen moet het duidelijk zijn waarom ze zich aan leefstijladviezen moeten houden. Als je ze cijfers en grafieken kunt laten zien over hun bloeddrukdaling, dan motiveert dat. Ook dat is overigens weer een onderwerp waar je je in kunt laten bijscholen, in motiverende gespreksvoering. Morgen ga ik een workshop socratisch motiveren doen. Dat is een nieuwe techniek die direct toepasbaar blijkt te zijn in de praktijk. Ik ben benieuwd!”

De huisarts: Magdaleen Cozijnsen (43), huisarts in Werkhoven, huisartsenpraktijk De Brink
Werkt met POH sinds: 2006.

“Sinds we met praktijkondersteuners werken is er meer uniformiteit in de behandeling van patiëntengroepen met chronische ziektes. Als huisarts switch je van een ingegroeide teennagel naar de verdenking op een tumor. De diabeet die tussendoor komt, krijgt dan niet altijd de optimale zorg. Praktijkondersteuners houden zich heel gericht bezig met diabetes, COPD en cardiovasculair risicomanagement. Mensen hebben op het moment zelf vaak geen of weinig last van dit soort ziektes, dus vaak moet je ze uitleggen: ‘hoe beter we u nú behandelen en begeleiden, hoe langer u gezond kunt leven’. De praktijkondersteuner heeft meer tijd en kan beter doorvragen. Ze kan mensen stimuleren en motiveren, zoals bij het stoppen met roken. Via vervolgafspraken kan ze nagaan of mensen zich aan de adviezen weten te houden. Die intensievere begeleiding vind ik een grote meerwaarde voor onze praktijk.
Ik werk hier sinds 1998. Eerst als waarnemer en in 2000 heb ik de praktijk overgenomen. Met mijn collega Esther Bouman is het sinds 2003 een duopraktijk met een gezamenlijke patiëntenstroom. We hebben een praktijk die iets boven de norm ligt: zo’n 1900 patiënten in Werkhoven, 600 in Odijk en een 50-tal in Bunnik. Het is een rustige praktijk, onder meer door de vele tuinders en agrariërs: die komen niet zo vaak.
We hebben eerder een praktijkondersteuner gehad, eind 2004. Dat was een verpleegkundige, gedetacheerd via Vitras (Thuiszorg). Zij heeft een start gemaakt met het opzetten van een COPD-spreekuur. In 2006 hebben we als huisartsengroep Bunnik, Odijk, Werkhoven (vijf praktijken) de koppen bij elkaar gestoken en de Stichting Huisartsenzorg Kromme Rijnstreek opgericht. Deze stichting is nu de werkgever van de twee praktijkondersteuners, Monique en Jacomien. Zij werken al bijna twee jaar naar volle tevredenheid voor onze huisartsengroep.
Binnen de stichting is één van de huisartsen aanspreekpunt voor de praktijkondersteuners voor wat betreft werkgeverszaken. Bij haar kunnen de praktijkondersteuners terecht met vragen over werktijden, salaris, nascholing et cetera. Zij doet ook de functioneringsgesprekken.
We realiseerden ons van te voren heel goed dat met de komst van een praktijkondersteuner in de praktijk er ook dingen veranderen voor de doktersassistentes. De patiënt die voorheen voor een bloeddruk- of een bloedsuikermeting bij de assistente kwam, gaat nu naar Monique. Deze herverdeling van taken kan tot frictie binnen je team leiden. Door daar vanaf het begin heel open in te zijn, heeft dat goed uitgepakt. Er is geen concurrentie of rivaliteit, maar juist uitwisseling en samenwerking.
Na een aanloopfase zijn de spreekuren van Monique en Jacomien nu druk bezet. Ze werken op basis van protocollen die ze zelf hebben opgesteld aan de hand van NHG-Standaarden en CBO-richtlijnen, uiteraard in samenspraak met één of twee collega’s uit de huisartsengroep. Deze protocollen zijn vervolgens met alle collega’s in de groep besproken en ook behandeld in het FTO-overleg. We hebben afspraken gemaakt met een longarts, een internist en een diabetesverpleegkundige in het ziekenhuis zodat we bij vragen of problemen op hen kunnen terugvallen.
Het is leuk om met elkaar kwalitatief goede zorg neer te zetten. Als huisarts is het contact met je patiënt vaak een-op-een; met praktijkondersteuners is er meer teamwork. Het belangrijkste is te merken dat de patiënten erg tevreden zijn. De begeleiding door de praktijkondersteuner brengt mensen in beweging. Dat is winst!”

Bladnaam:
Tijdschrift voor praktijkondersteuning 2008, nummer 4

Literatuurverwijzingen: