Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Mijn praktijkondersteuner / Mijn huisarts

redactie

Praktijkondersteuner en huisarts vormen een aparte constellatie. Op deze plek komen telkens twee ervaringsdeskundigen apart van elkaar aan het woord. Hoe vinden zij dat ze samenwerken? En wat vinden ze van elkaar? Lees hier over de werkrelatie van collega’s!

De praktijkondersteuner: Carola de Ridder (51), POH bij huisartsenpraktijk Voorst
Opleiding: doktersassistente, POH
Werk hiervoor: huisartsenpraktijk, polikliniek in ziekenhuis

Twaalf jaar werkte ik op de polikliniek reumatologie en plastische chirurgie in het ziekenhuis. Daarvoor was ik bij een huisarts in dienst geweest; naar die setting wilde ik graag weer terug. De opleiding praktijkondersteuner leek geknipt voor me. Toch was er in die tijd veel onzekerheid of er wel gelden beschikbaar zouden komen voor praktijkondersteuning, en dat heeft me lang in spanning gehouden. Die onzekerheid was gelukkig voorbij toen ik de opleiding afrondde, hoewel er in de Achterhoek, waar ik woonde, weinig vacatures waren. Een tijdje werkte ik een flink eind uit de buurt, maar dat werd eigenlijk onmogelijk door de filedruk. Toen ik in Voorst aan de slag kon, was ik dolblij – relatief in de buurt en genoeg te doen!
Deze praktijk kent veel ouderen; een behoorlijk percentage is boven de 65. Ik leg veel huisbezoeken af en ga ook naar bewoners van het verzorgingshuis. Grappig genoeg had ik vroeger niet zoveel met ouderen. Totdat we op de opleiding een module Ouderenzorg kregen van een klinisch geriater. Ouderen staan nogal eens bekend als lastig en veeleisend, maar dat heeft zijn oorzaken, zo werd ons duidelijk gemaakt. Die module veranderde mijn manier van kijken naar ouderen, zelfs naar mijn eigen moeder. Sindsdien vind ik het een intrigerende groep mensen.
Ik houd spreekuur voor het gehele CVRM, stoppen met roken, astma en COPD, maar het merendeel van mijn tijd gaat op aan diabeteszorg. Op dit gebied heb ik altijd veel aan nascholing gedaan. Een ‘vergeten’ groep in het verzorgingshuis bleek al lang geen controle meer te hebben gehad. Deze mensen heb ik in kaart gebracht en inmiddels zijn ze in het reguliere oproepschema opgenomen. Ik bezoek ze nu driemaandelijks. Ook volg ik de Langerhans cursus voor insulinetherapie en ben net gestart met mensen in te stellen op insuline. Zoals velen had ook ik vroeger last van insulinevrees. Maar dat is nu helemaal over. We geven patiënten – als ze ermee om kunnen gaan – een gratis suikermeter mee als service van de zaak. Zo kunnen ze zelf meten en dat werkt positief. Ze worden zich meer bewust van hun leefstijl; het effect ervan is immers direct zichtbaar op hun suiker.
Ik vind Ingrid en Peter een geweldig stel om mee samen te werken. Ze zijn zeer toegankelijk en staan open voor alles. Dat kan ook heel anders, dus het was een openbaring toen ik hier kwam. Oudere huisartsen hebben nogal eens de houding: ik zeg het, dus zo is het. Maar zij missen iedere arrogantie. We overleggen, ze vragen om advies, het is tweerichtingsverkeer. We hebben twee keer per dag een half uur gereserveerd voor overleg over patiënten. Die tijd gebruiken we lang niet elke keer, maar het idee dat het kan, is erg prettig.
Leuke bijkomstigheid is dat ik in 1974 als stagiaire ben begonnen in de apotheekhoudende huisartsenpraktijk Roessingh, de grootvader van Peter.
Naast mijn werk ben ik ook betrokken bij de recente oprichting van de Nederlandse Vereniging voor Praktijkondersteuning ofwel NVVPO. Deze is van en vóór praktijkondersteuners en heeft tot doel om ons als één beroepsgroep te kunnen positioneren, ongeacht de achtergrond. Er komen werkgroepen om kennis te bundelen en ervaringen uit te wisselen. Ook zijn we bezig om accreditatie en scholing goed te regelen. Verder zit ik nog in regiogroepen voor POH en in een klankbordgroep van de diabeteszorggroep. Inderdaad, soms moet ik mezelf afremmen. Ik kan nu eenmaal niet alles tegelijk aanpakken. Maar ja, dat maakt dit geweldige vak blijkbaar allemaal in me los. Liever zo dan andersom!

De huisartsen: Peter Roessingh (38) en Ingrid Roessingh-Spruijt (37), huisartsen in Voorst
Praktijk: twee huisartsen
POH vanaf: 2005

Peter: We wilden een grote praktijk in een dorp, het liefst met een apotheek erbij. Dat is gelukt: een praktijk van 3300 patiënten plus een verzorgingshuis en een particulier verpleeghuis. Wat zo leuk is aan de apotheek? Het is een compleet ander vak, meer een bedrijf dat je bestiert. Patiënten zijn er ook blij mee: ze gaan hier de deur uit en lopen drie meter verder naar de uitgiftebalie. Ze hoeven niet naar de stad; zeker voor de vele ouderen in onze praktijk is dat een verademing. En als arts weet je veel meer over de medicijnen zelf en de medicatie van patiënten. Soms komt iemand voor ‘zo’n groen pilletje’. Dan pak ik enkele doosjes van de plank en kan de persoon zelf aanwijzen welke groene pil hij herkent.
Ingrid: Met de overname van deze praktijk was er al een praktijkondersteuner in dienst. Anders waren we er zeker zelf mee begonnen. Als je de zorg goed voor elkaar wilt krijgen, hoort een ondersteuner er gewoon bij. Carola is nu bijna een jaar in dienst bij ons. Dat is ook een bewuste keuze geweest: niet op detacheringsbasis, maar hier op de loonlijst. Naar ons idee versterkt dat het gevoel dat de patiënten ook ‘van haar’ zijn. Dat vinden we belangrijker dan de garantie van directe vervanging als ze eens ziek is.
Peter: Het was ook onze wens om een praktijkondersteuner te vinden met de achtergrond van doktersassistent. Die heeft meer feeling met eerstelijnszorg dan een verpleegkundige die enkel het ziekenhuis kent.
Ingrid: Het gestructureerde werken van Carola is belangrijk voor goede zorgverlening. Zo gestructureerd als zij het doet, kan ik niet, en eerlijk gezegd: dat wil ik ook niet. Geef mij maar patiënten met allerlei verschillende vragen.
Peter: Carola is erg betrokken bij haar werk. Op alles wat we aan haar vragen komt een antwoord, en vaak nog snel ook. Met name haar expertise in diabeteszorg is groot, ze doet veel aan nascholing. Sinds kort is ze bezig met insuline spuiten. Qua kennis kunnen we haar nog wel volgen, maar op praktisch gebied is zij verder. De huidige instructies om insuline te spuiten ken ik bijvoorbeeld niet.
Ingrid: Ze doet van alles. Spreekuren hier op de praktijk en in een verzorgingshuis, ouderen thuis bezoeken, een diabetes-nascholing geven in een ander verzorgingshuis… Ze werkt veel met vragenlijsten op haar spreekuren. Die werkwijze kende ik niet, maar af en toe komen er dingen uit die inderdaad handig zijn om te weten. En soms wordt iets ook makkelijker bespreekbaar aan de hand van een lijst, bijvoorbeeld een onderwerp als erectiele disfunctie. Een lijst biedt ondersteuning bij zo’n gesprek.
Peter: Patiënten weten wat wij doen en wat Carola doet. “Bij u hoef ik niet te zijn, want ik ben niet echt ziek”, krijg ik wel eens in de wachtkamer te horen. Soms merk ik wel dat ze een klein klachtje als excuus gebruiken om ons weer eens te zien. Een aantal patiënten heb ik nog nooit gezien, terwijl Carola ze wel kent.
Ingrid: Prima toch? Met zo’n drukke praktijk is het onbegonnen werk om alle patiënten te leren kennen. En de complexe patiënten, die komen natuurlijk ook bij ons, dus die kennen we evengoed. In feite houdt Carola met haar controles in de gaten of wij de patiënten goed genoeg in de gaten houden. Een mooie taakverdeling wat ons betreft.

Bladnaam:
Tijdschrift voor praktijkondersteuning 2007, nummer 6

Literatuurverwijzingen: