Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Inzicht in familierisico hart- en vaatziekten

redactie

De familieanamnese opnemen door middel van een vragenlijst die wordt thuisgestuurd, verbetert de identificatie van patiënten met een hoog risico op hart- en vaatziekten. Dat concluderen Engelse onderzoekers.

Met de Framingham-risicotabel schatten we in hoe groot het risico is dat patiënten binnen tien jaar ziek worden door een hartof vaatziekte of daaraan overlijden. Dat gebeurt aan de hand van factoren als leeftijd, geslacht, roken, systolische bloeddruk en de totaalcholesterol/HDL-ratio. Familiegegevens zijn niet in de schatting verwerkt. Daar vraag je pas naar als daar aanleiding toe is, bijvoorbeeld bij sterk verhoogde cholesterolwaarden of bij verhoogde bloedglucosewaarden. Engelse onderzoekers gingen na hoe je de familieanamnese het beste kunt inventariseren: mondeling tijdens de controles of via een schriftelijke vragenlijst die aan de patiënt wordt gestuurd. Van 24 huisartsenpraktijken deden 748 patiënten mee in de leeftijd 30-65 jaar. Bij alle patiënten zag de huisarts aanleiding een cardiovasculair risicoprofiel op te stellen, of de patiënten hadden hier om gevraagd. Patiënten met doorgemaakte hart- of vaatziekten en diabetes mellitus werden geëxcludeerd. Beide groepen kreeg de gebruikelijke cardiovasculaire controles, waarbij ook de familieanamnese werd opgenomen. In de controlegroep werd mondeling naar de familieanamnese gevraagd. In de interventiegroep werd de familieanamnese opgenomen met behulp van een vragenlijst die tevoren naar de patiënten was gestuurd. De respons was zeer hoog: 98% van de deelnemers stuurde de vragenlijst ingevuld terug. In de controlegroep had 10,1% van de deelnemers een risico van 20% of meer op het krijgen van hart- en vaatziekten, bij de interventiegroep was dit 12,6%. Na verwerking van de vragenlijsten van de interventiegroep bleken nog eens 20 personen een hoog risico te hebben, en dat betekende een stijging van 40%. Wanneer van tevoren een vragenlijst is toegestuurd, helpt dit beter bij het opsporen van patiënten met een hoog risico op hart- en vaatziekten in vergelijking met het mondeling opnemen van de familieanamnese in de spreekkamer. Misschien is het herkenbaar dat patiënten deze kennis niet altijd paraat hebben. Vaak komt het er niet van om alsnog navraag bij familie te doen. Dat patiënten het belang van inventarisatie van familiegegevens inzien, blijkt wel uit de hoge respons van de ingevulde vragenlijsten. Daar valt in Nederland nog wel wat te verbeteren, want voor zover ik weet, is er geen vragenlijst over familierisico op hart- en vaatziekten die gebruikt wordt in de huisartsenpraktijk. Annette van Vliet

Bladnaam:
Tijdschrift voor praktijkondersteuning 2012, nummer 3

Literatuurverwijzingen:

1Qureshi N, et al. Effect of adding systematic family history enquiry to cardiovascular disease risk assessment in primary care. A matched-pair, cluster randomized trial. Ann Intern Med 2012;156:253-62.