Als praktijkondersteuners baseren we onze beleidskeuze en interventies op bestaande richtlijnen of protocollen. Maar soms stellen patiënten vragen, die niet in deze protocollen te vinden zijn. Mocht je huisarts het antwoord ook niet weten, dan is het soms noodzakelijk om verder te zoeken. Dat kan ontzettend lastig zijn, want waar moet je beginnen? Het boek ‘Inleiding in evidence-based medicine’ kan daarbij helpen. Enige interesse en kennis van wetenschappelijk onderzoek is wel handig bij het gebruik van het boek.
Allereerst bespreken de auteurs het belang om een klinisch probleem of vraag goed te formuleren, bijvoorbeeld met gebruik van de PICO-methode. Het zoeken en selecteren van betrouwbare literatuur komt daarna aan de orde. Ze bespreken puntsgewijs waaraan een goede zoekactie in Pubmed moet voldoen en welke stappen er moeten worden genomen als de zoekopdracht een te grote of te kleine opbrengst als resultaat geeft. Daarna komt aan de orde waarop je moet letten bij het kritisch beoordelen van artikelen, van zowel primair onderzoek als systematische reviews. Het boek laat zien welke types onderzoek er zijn met de daarbij horende beoordelingscriteria. Aan de hand van kaders of voorbeelden leggen de auteurs begrippen uit die in wetenschappelijk onderzoek gebruikt worden, zoals betrouwbaarheidsinterval, bias en odds-ratio. Verder schenken ze in het boek aandacht aan de inhoud van evidence-based richtlijnen, hoe het bewijs toe te passen bij individuele patiënten, en de Cochrane Collaboration.
Het boek is in begrijpelijke taal geschreven, wel kan het soms taaie stof zijn. Er staan ook ingewikkelde berekeningen/formules in, die de praktijkondersteuner niet zal gebruiken. Een duidelijke verklarende woordenlijst met veelvoorkomende begrippen als bijlage maakt veel goed. Daarnaast is het boek een mooie verdieping van de serie Wetenschap in een notendop, die ook in dit tijdschrift te vinden is.

Jacolien Potkamp