‘Een leuk maar zielig boek’, concludeert mijn dochter van 9 als ze het boek Bibberbeentjes uit heeft. Het is vooral zielig voor Thomas, want die heeft suikerziekte, maar ook voor zijn oudere zusje Olivia. ‘Wat is dat, suikerziekte?,’ vraagt mijn 7- jarige dochter als ze dit hoort. En dat is precies waar dit boekje voor is bedoeld: kinderen aan de hand van een verhaal vertellen wat het betekent om suikerziekte te krijgen. Het verhaal gaat over de 4-jarige Thomas, die moe is en dorst heeft. Als hij naar de huisarts gaat, blijkt al snel dat hij diabetes heeft. Hij wordt opgenomen in het ziekenhuis en moet tweemaal per dag insuline spuiten, wat hij heel eng vindt. Ook moet hij natuurlijk zijn bloedsuiker meten en volgens een vast patroon eten. Dat laatste en de angst voor hypo’s blijkt thuis veel spanningen te geven. Olivia merkt op dat het helemaal niet meer gezellig is aan tafel. Omdat het niet zo goed gaat en Thomas bang blijft voor de toediening van insuline, krijgt hij een insulinepompje. Hoewel niet alle problemen daarmee zijn opgelost, is hij er wel erg blij mee, vooral omdat hij daarna zo maar een groot stuk appeltaart mag eten.
Bibberbeentjes is een vlot geschreven boekje, waarin indirect veel informatie wordt gegeven over diabetes. Ook wordt duidelijk wat een enorme impact het heeft als een kind diabetes krijgt, zowel voor het kind zelf als voor de overige gezinsleden. Het verhaal is wel behoorlijk lang voor kinderen van de kleuterleeftijd. Oudere kinderen kunnen het daarentegen prima zelf lezen. Het boekje is bovendien mooi geïllustreerd met op elke bladzijde een paginagrote tekening. Een leuk en nuttig boekje voor gezinnen met een kind met diabetes, hun vriendjes en vriendinnetjes, en de school. Je kunt het boekje aan geïnteresseerden meegeven of ter kennismaking in de wachtkamer leggen.
Margriet Bouma
Bladnaam:
Tijdschrift voor praktijkondersteuning 2007, nummer 5
Literatuurverwijzingen: