Aanleiding
Directe aanleiding tot dit onderzoek was het starten van periodieke consulten voor mantelzorgers van bejaarde diabetespatiënten, zonder de aanwezigheid van diabetespatiënt. De mantelzorgers konden tijdens dit consult de praktijkondersteuner spreken die ook het diabetesspreekuur doet. Doel: ervaren druk inventariseren, overbelasting signaleren en waar nodig het bieden van handvatten en oplossingen.
Onderzoeksvraag
Welke rol heeft de praktijkondersteuner in het monitoren van overbelasting bij mantelzorgers van zelfstandig wonende bejaarde diabetespatiënten?
Methode
Verondersteld werd dat de groep mantelzorgers zonder ondersteuning van de thuiszorg de meeste druk ervoer. Ook werd aangenomen dat wanneer kinderen mantelzorgers zijn, zij meer druk ervaren dan wanneer partners mantelzorgers zijn. Kinderen hebben immers meestal naast hun mantelzorgactiviteiten ook nog een baan en een eigen huishouden.
Uit de huisartsenpraktijk werden 8 diabetespatiënten geselecteerd die naar het spreekuur altijd werden vergezeld door mantelzorgers. Van deze mantelzorgers was 50% de echtgeno(o)te en 50% een kind. In 6 gevallen was professionele ondersteuning door de thuiszorg aanwezig.
De deelnemende mantelzorgers werden telefonisch op de hoogte gesteld van het onderzoek. Alle 8 mantelzorgers wilden deelnemen aan het onderzoek en stemden in met bezoek door de praktijkondersteuner. Die legde hun de vragenlijst Ervaren Druk door Informele Zorg (EDIZ) voor.1 Op die manier kon worden geïnventariseerd op welke fronten de meeste druk werd ervaren. Wanneer nog informatie ontbrak, werden nieuwe vragen geformuleerd die niet op de vragenlijst voorkwamen. In het daarop volgende gesprek werden alvast handvatten gegeven en oplossingen bedacht voor geuite problemen.
Conclusie
De praktijkondersteuner bleek inderdaad met behulp van de vragenlijst EDIZ overbelasting bij mantelzorgers te kunnen inventariseren. Tijdens gesprekken naar aanleiding van de vragenlijst kon de praktijkondersteuner al oplossingen bespreken en handvatten bieden. Opvallend is de uitkomst dat de mantelzorgers zonder thuiszorg een zeswekelijks contact met de praktijkondersteuner erg zouden waarderen. Zij voelden zich op het moment van het onderzoek niet overbelast, maar vonden het toch prettig als er een oogje in het zeil wordt gehouden. De mantelzorgers mét thuiszorg wilden zich beperken tot het driemaandelijks contact.
De groep die de meeste belasting ervaart, is de groep mantelzorgers zonder ondersteuning van thuiszorg. Er is daarbij geen verschil tussen echtgenoten en kinderen.
De meest geprefereerde interventies van de mantelzorgers waren aanvragen of uitbreiden van thuiszorg. Inschakeling van maatschappelijk werk als hulp bij de financiële administratie achtte niemand noodzakelijk.
Heb je zelf een dergelijk afstudeeronderzoek uitgevoerd, of ken je praktijkondersteuners of verpleegkundig specialisten die een soortgelijk onderzoek hebben uitgevoerd? We publiceren het graag in het Tijdschrift voor praktijkondersteuning. Ook verbeterplannen zijn van harte welkom. Mail naar tpo@nhg.org.
Bladnaam:
Tijdschrift voor praktijkondersteuning 2011, nummer 6
Literatuurverwijzingen: